Tot Zover

De Bedroefde Bolide. Het grote lijkwagen retrospectief

Ze worden gemaakt voor een waardige laatste rit. Het zijn zeer luxe wagens, want het oog wil ook wat. De expositie is een eerbetoon aan deze auto’s waar we liever niet naar kijken: lijkwagens.
In het museum waren ruim driehonderd foto’s te zien uit het historische ‘ bedrijfsarchief’ van Huiskamp Carrosseriefabriek, Nederlands grootste en oudste producent van rouwvervoermiddelen.


Als we een luxe, zwarte, verlengde auto voorbij zien komen, roept dat een bedroefd gevoel op. We gaan ze uit de weg, want lijkwagens hebben iets naars. Daarom zijn we ze op een gegeven moment rouwauto’s gaan noemen. Maar het zijn vaak heel erg mooie auto’s, die met zorg en liefde zijn gemaakt. Op het moment dat zo’n auto van de band rolt ben je trots. Je maakt er graag een foto van.

Van lijkkoets tot rouwwagen

Huiskamp Carrosseriefabriek bestond in 2013 honderd jaar. Het bedrijf startte als wagen- en rijtuigmakerij en leverde allerlei soorten koetsen en wagens. De eerste lijkkoets werd omstreeks 1926 op aanvraag gebouwd. Al snel volgden meer opdrachten en zo ging het bedrijf zich hierin specialiseren.

De koets maakte plaats voor de auto vanaf de jaren dertig van de vorige eeuw. Dit waren de eerste decennia alleen Amerikaanse merken met klinkende namen als Buick, Cadillac, Chevrolet, Chrysler, DeSoto, Dodge, Ford, Lincoln, Oldsmobile, Packard en Pontiac. Daar kwamen vanaf de jaren tachtig ook Mercedes en Volvo bij. Deze fabrikanten leverden een verlengd chassis en Huiskamp bouwde de auto af volgens de wensen van de klant.

Gangsterfilms

De foto’s van Huiskamp tonen de ontwikkeling van vooral luxe Amerikaanse auto’s. Van de koets-achtige eerste auto’s tot de modellen die we zo goed kennen uit Amerikaanse gangsterfilms. In de welvaartsmaatschappij van na de Tweede Wereldoorlog komen verchroomde bolides op de markt. De auto’s worden juist weer soberder in de jaren zeventig.

 

Niet perfect

Met trots heeft het personeel van Huiskamp de auto’s decennialang gefotografeerd, voor de klanten en voor het eigen archief. Perfect zijn de foto’s niet. De belichting is niet altijd goed en heel soms zie je de schaduw van de fotograaf. Soms ook staat er iets in de weg. Veel foto’s zijn gemaakt op het bedrijfsterrein, maar men fotografeerde ook in Winterswijk en omgeving. De in 1973 gebouwde Muziekschool vormde jarenlang een favoriet decor en in de jaren negentig koos men voor het eerst een begraafplaats als locatie. Een enkele keer reed men de auto een veld in, idyllisch tussen de bloemen. 

 

Pin ups

De beelden hebben één overeenkomst: het lijkt alsof de auto’s als pin-up poseren voor de fotograaf. Door de jaren heen keren steeds dezelfde poses terug. Zo zijn de foto’s in het museum gegroepeerd. Bijschriften in de oorspronkelijke abums vermelden merk, bouwjaar en de naam van de klant. Dit schetst een beeld van de uitvaartsector in de jaren vijftig en zestig, met talloze familiebedrijven. Lijkauto’s worden gemaakt voor een waardige laatste rit. Maar het oog wil ook wat. Deze expositie is een eerbetoon aan auto’s waar we liever niet naar kijken. Zeer luxe wagens, waarmee we onze doden naar hun laatste rustplaats brengen. Auto’s die verdriet vervoeren. Bedroefde bolides.

 

 


Lees verder