
Tot Zover
Ondertussen in… Italië
Onze supermarkten gaan steeds meer op elkaar lijken. Hoe zit dat met de uitvaartcultuur? Wouter van Aaken zoomt in deze buitenlandserie telkens in op een land. Dit keer sprak hij met een Italiaanse uitvaartondernemer.
Tekst: Wouter van Aaken
Luca Tabossi is eigenaar van een uitvaartonderneming in Ancona aan de Adriatische zee. Zoals bij veel Italiaanse uitvaartondernemingen is het bedrijf al generaties lang in de familie. Ik ontmoette hem (net even wat beter gekleed dan de andere deelnemers) bij de EFFS bijeenkomst in mei 2018. Hij praatte me bij over de ontwikkelingen en tradities van de Italiaanse uitvaart.
Jaarlijks overlijden in Italië ongeveer 600.000 mensen. Of het door het weer of het mediterrane eten komt, maar Italianen worden gemiddeld een jaartje ouder dan Nederlanders. Meteen na het overlijden is er al een aantal verschillen. Verplaatsen van het lichaam mag pas na aangifte van overlijden bij de gemeente. De uitvaartonderneming verzorgt het lichaam meestal thuis of in het ziekenhuis en slechts af en toe in een uitvaartcentrum. Alleen artsen mogen een lichte balseming uitvoeren, wat bijna alleen bij repatriëringen voorkomt. Het beroep van thanotopracteur bestaat in Italië bij weten van Tabossi niet.
De uitvaart volgt in vergelijking met Nederland snel na overlijden: over het algemeen na 24 tot 48 uur. Rouwpost is weinig gebruikelijk, de communicatie gaat via de krant, telefoon en uitvaartposters op een aantal plekken in de gemeente (zie afbeelding boven).
Begrafenis en crematie
De veelal harde, Italiaanse ondergrond leent zich moeilijk voor ondergronds begraven. En bovendien vinden Italianen bovengronds begraven respectvoller tegenover de overledene. Familietombes zijn voor de meeste Italianen te duur. De meest gebruikelijke manier van begraven is het bijzetten van de kist in een columbarium. Deze naam komt overigens van het Latijnse columba: duif, 'duiventil'. Om te zorgen dat je de bovengronds liggende lichamen niet ruikt, worden de kisten net als bij de meeste repatriëringen, afgesloten met zink.
In vergelijking met de rest van Europa heeft het kerkelijke Italië de laagste crematiegraad: 19,7%. Dit percentage verschilt binnen Italië sterk per regio: in Umbrië en zuidelijker wordt 1% van de overledenen gecremeerd tegenover 25,8% in het verstedelijkte Lombardije. Niet gek dat Italië ondanks meer dan vier keer zoveel overledenen minder crematoria (80) telt dan Nederland (+100).
De afscheidsdienst vindt doorgaans in een lokale katholieke kerk plaats. Verwacht geen personaliseerd afscheid, de dienst is doorvlochten van vaste gebruiken en rites. Zeer regelmatig vallen de woorden Cielo en Paradiso, de hemel en het paradijs. Een vaste liturgie is zo gek nog niet aangezien de dienst binnen 48 uur plaatsvindt. Het scheelt de stress om iets origineels te bedenken.
Uitvaartondernemers
De meeste Italiaanse uitvaartondernemingen zijn klein. In het totaal zijn er 6.000 ondernemingen met gemiddeld 118 uitvaarten per jaar. De meeste ondernemingen hebben geen eigen uitvaartcentrum. Om een uitvaartbedrijf te mogen starten is een vergunning nodig via de gemeente. De voorwaarden verschillen per regio maar bijna altijd zijn opleiding en praktijkervaring nodig. Het aantal ondernemingen stijgt al jaren. Mede hierdoor begint de concurrentie toe te nemen. Internet speelt in Italië bij de keuze voor een onderneming nog nauwelijks een rol, zegt Tabossi. “Er veranderen bij ons nog geen grote dingen.”
Update 2022:
Lees
het interview met Luca Tabossi naar aanleiding van de coronapandemie en het grote aantal uitvaarten in Italie in de beginperiode. Wat heeft de Italiaanse uitvaartbranche hiervan geleerd?
Wouter van Aaken zit namens branchevereniging BGNU in de European Federation for Funeral Services (EFFS), voor Europese samenwerking en kennisdeling.