Nienke Fortuin bepleit in haar proefschrift  ‘The search for meaning in later life: An empirical exploration of religion and death Death Studies. Nijmegen Studies in Thanatology’ (Lit Verlag, 2020) een derde wijze van omgaan met ouderdom. Nienke Fortuin bepleit in haar proefschrift ‘The search for meaning in later life: An empirical exploration of religion and death Death Studies. Nijmegen Studies in Thanatology’ (Lit Verlag, 2020) een derde wijze van omgaan met ouderdom.

Tot Zover

Funerair onderzoek door Nienke Fortuin

"Wie twijfelt over een hiernamaals, is banger om te sterven". Nienke Fortuin promoveerde op een onderzoek naar sterven op hogere leeftijd. Ze deed verrassende bevindingen over doodsangst, verschillen tussen man en vrouw en onze kijk op ouder worden.

Nienke Fortuin, religiewetenschapper aan de Radboud Universiteit in Nijmegen en geestelijk verzorger bij De Waalboog in die plaats, hield 26 diepte-interviews met Nederlandse ouderen en liet 356 senioren (75-plussers) vragenlijsten invullen. Het bracht inzicht in de manier waarop ouderen omgaan met hun naderende sterven en de rol van levensbeschouwing daarbij. Zo werd de kromlijnige relatie tussen religie en doodsangst bevestigd: zowel heel gelovige mensen als volstrekt atheïstische mensen zijn het minst bang voor de dood. De meeste vrees? Die leeft bij de twijfelende tussengroep. ”Niet zozeer de inhoud van je levensbeschouwing doet ertoe, blijkt, maar dát je iets hebt dat je houvast geeft,” aldus Fortuin.

Oud worden helpt ook

Natuurlijk helpen ook andere zaken ouderen de dood te kunnen accepteren. “Op een bepaalde leeftijd wordt die angst minder, merkte ik in interviews. Dat kwam bijvoorbeeld doordat deze ouderen al vaker geconfronteerd waren met de dood in hun omgeving of getuige waren geweest van een ‘goed sterven’ van een  naaste. De dood wordt dan meer iets ‘normaals’, een onderdeel van het leven.”

Verschil m/v

Opvallend zijn de verschillen tussen mannen en vrouwen op het gebied van levensverlengende handelingen. “Vrouwen hebben hier statistisch significant minder behoefte aan, wat ook door andere studies is aangetoond.” Dit verschil wordt toegeschreven aan de ruimere ervaring van vrouwen met (mantel)zorgtaken, waardoor ze beter op de hoogte zijn van de keerzijde van levensverlengende handelingen. Bovendien koesterde een groot deel van de geïnterviewde vrouwen de sterke wens ‘geen last te zijn of worden voor anderen.’ Dit werd niet geuit door de mannen.

Dat brengt ons op het cultureel narratief van ouder worden. Dit laveert doorgaans tussen aftakeling (negatief) en actief blijven (positief). Zo lang mogelijk jong en vitaal blijven legt de nadruk op ‘maatschappelijk nuttig blijven’ wat voor veel ouderen een onmogelijk opgave is. Het werkt in sommige gevallen een doodswens in de hand. Daarom pleit Fortuin hartstochtelijk voor een derde scenario, dat ouder worden ziet als doorleefde ervaring en innerlijke groei. Ouderdom als intrinsieke waarde. Of zoals een oudere relativerend opmerkte: “ik kan veel minder, maar nog wel lachen.”

Elke twee maanden interviewt Laura Cramwinckel, projectleider Funeraire Academie, een Nederlandse onderzoeker over zijn of haar vakgebied. De tekst verschijnt tevens in de rubriek Funerair Onderzoek van Brancheblad Uitvaartzorg.


Academic Death Quotes

“Gezien de verandering in de plaats waar we sterven en de huidige secularisering, is angst rond de dood verschoven van angst voor het hiernamaals naar angst voor het stervensproces (p. 418).”
Kearl, M.C. (1989). Endings: a sociology of death and dying. New York, NY: Oxford University Press.

“Van alle bronnen van religie is de dood, de voornaamste en laatste levenscrisis, van het grootste belang.” (Malinowski, 1925, p. 46)
Malinowski, B. (1925). Magic, science and religion. In J. Needham (Ed.), Science, religion and reality (pp. 19–84). New York, NY: Macmillan.

 

“Zowel voor mannen als voor vrouwen neemt hun doodsangst significant af als ze ouder worden. […] Rond de leeftijd van 60 lijkt doodangst zowel voor mannen als voor vrouwen te stabiliseren op een uniform laag niveau.”
Russac, R.J., Gatliff, C., Reece, M. & Spottswood, D. (2007). Death anxiety across the adult years: an examination of age and gender effects. Death Studies, 31, 549-561.

 

“Het kenmerkende aspect van een sociale dood is dat een persoon niet langer een actieve rol speelt in het leven van anderen.”
Mulkay, M. & Ernst, J. (1991). The changing profile of social death. European Journal of Sociology, 32, 172-196

 

 


Lees meer