Marjon Weijzen. Foto: Yvonne van der Bijl Marjon Weijzen. Foto: Yvonne van der Bijl

Tot Zover

Doodgaan is milieuvriendelijk

Doodgaan is het beste wat we kunnen doen voor het milieu. Want leven is milieubelastend. Hieruit volgt nog een wrange waarheid: de allergroenste dood is een vroege dood. Hoe eerder we doodgaan, hoe beter voor het milieu.


Dit is de uitgeschreven column van Marjon Weijzen, gesproken tijdens het Funeraire Academie symposium De Groene Dood op 26 april 2024 in Hilversum.

Hoewel de milieubelasting van uitvaarten peanuts is vergeleken met als je was blijven doorleven is het toch zeer nastrevenswaardig om de pinda’s van het uitvaartproces zo duurzaam mogelijk te maken.

Gezond verstand

Ik ben opgeleid als milieukundige, maar als het gaat om te beoordelen hoe duurzaam iets is, pleit ik steeds meer voor gezond verstand. Zelf nadenken in plaats van het volgen van berekeningen die door hun complexiteit bijna niet meer te volgen zijn, zoals blijkt uit de LCA-studies die we de afgelopen twee decennia, en ook vanmorgen weer, langs hebben zien komen.

100% duurzaam?

Ook wordt er over duurzaamheid veel onzin beweerd. Neem nou de kreet van GreenLeave – een club die overigens niet genoeg bejubeld kan worden, het is beslist niet mijn bedoeling om GreenLeave te bashen, integendeel, ze hebben heel veel aangeslingerd in de branche, maar hun slogan ‘100% duurzaam’ is ronduit onzinnig. 100% duurzaam, wat is dat? Wat bedoel je dan? Een honderd procent duurzame uitvaart is, denk ik, een lijk ergens in een bos neerleggen en het op laten eten door roofdieren. Maar dat mag helemaal niet. Ik denk dan ook niet dat GreenLeave dat bedoelt. Een 100 procent duurzame kist is: geen kist. En ook geen lijkwade. Het is de overledene wikkelen in zijn eigen biologisch katoenen sprei. Maar ik denk niet dat GreenLeave dat op het oog heeft.

Een 100% duurzame uitvaart is een uitvaart zonder gemotoriseerd bezoek, zonder catering, met bloemen uit eigen tuin. Maar daar wil GreenLeave het vast niet toe versmallen.

Groenste variant

Toen Greenleave begon, tien jaar geleden, werkten zij met een uitgangspunt dat ik in eerste instantie vreemd vond, maar waar bij nader inzien veel voor te zeggen valt – ook omdat je het met gezond verstand kunt beredeneren – ze namen de meest milieuvriendelijke variant als uitgangspunt. Ging het over de kist dan was die groenste variant: lokaal geproduceerd hergroeibaar materiaal, FSC-gecertificeerd. Voor cremeren werd dan massief hout aangeraden, omdat het brandstof bespaart in het crematieproces, en bij begraven bleek een kist van lokale wilgentenen het duurzaamst.

Maar er zat een nadeel aan deze groenste varianten: ze zijn prijzig. De samenleving vergroent méér als we de standaardkist iets duurzamer maken, en de grote massa íets opschuift richting duurzaamheid, dan als de Teslarijders en eco-globetrotters kiezen voor de allergroenste kist. Daarom juich ik het toe dat DELA - en andere bedrijven - hun standaard kist hebben verduurzaamd én de myceliumkist hebben omarmd. Want als die schimmelkist op grote schaal geproduceerd gaat worden, wordt hij goedkoper en dus couranter en dat zou heel goed nieuws zijn voor het milieu.

Terug naar de LevensCyclusAnalyse.
Vanmorgen is het nieuwste LCA-onderzoek naar de uitvaartbranche gepresenteerd. Uitgevoerd in opdracht van DELA, dat hopelijk de resultaten openbaar maakt zodat de hele branche ermee kan verduurzamen. Vanzelfsprekend is dat niet: toen ik vorige week om inzage vroeg ten bate van deze column, kreeg ik die niet, ook niet onder embargo. Daar kun je ook al wat van vinden. Ik vind sowieso wat van LCA-studies. En niet alleen ik. Onder milieukundigen raken ze steeds meer omstreden. Zo vertelde onderzoeker Adrie Veeken, die de Gezondheidsraad adviseerde over composteren als mogelijke nieuwe methode van lijkbezorging, en die ik vorig jaar sprak over de potentie van veraarden:  “Er zijn zoveel variabelen dat opdrachtgevers er altijd uit krijgen wat ze willen.” Dat verklaart ook, gedeeltelijk dat er steeds andere resultaten komen, bijvoorbeeld over de milieuvriendelijkste manier van lijkbezorgen. Veeken zei ook - met gezond verstand redenerend - zei hij erbij: “hoe minder technologie en hoe minder input aan energie hoe beter.”  En daarna vroeg hij: “Wat is er eigenlijk mis met het energieloze begraven?”

Kisten

Een goede vraag. Ik kom er zo op terug. Eerst nog even naar de LCA-studies over kisten die GreenLeave een paar jaar geleden startte. Toen ik betrokken wetenschappers sprak voorspelden die dat het een lange zo niet uitzichtloze weg zou blijken. Het is namelijk moeilijk om niet spaak te lopen in alle details en variabelen. Het meest duurzame is makkelijk aan te geven, maar alles ertussenin is lastig af te wegen. Hoe weeg je de vervuilende tweetaktmotor mee, waar een boom mee omgezaagd wordt in den vreemde, de arbeidsomstandigheden in diverse landen, de lege vrachtwagens waarmee de kisten worden opgehaald, et cetera, etcetera. En dan is er nog de vraag: hoe kom je aan alle gegevens? Leveranciers zijn er vaak niet al te open over.

En als je het dan hebt uitgerekend: dan moet die duurzame kist ook nog – eventueel via kistendepot en uitvaartondernemer, naar de klant. En als je kisten vervoert: vervoer je vooral lucht. Dat is niet efficient en niet goed voor het milieu. Niet voor niets won een doe-het-zelf kist een milieuprijs. Planken in plaats van kisten vervoeren is beter voor het milieu. En ook nog eens goed voor het rouwproces!

Vervoer

De meest duurzame kist van ver laten komen is dus niet duurzaam. Dat zelfde geldt voor het laten aanslepen van op zich duurzame vervoermiddelen zoals een uitvaartbus, of een loopkoets.

Terug naar de LCA’s. Is er een alternatief voor deze dure onderzoeken? Ja: gezond verstand.

  • Geen schoenen in de kist: beter dan wel schoenen;
  • Bloemen uit eigen tuin: beter dan bespoten bloemen uit Afrika of kas;
  • Bloemen zonder folie: beter dan bloemen in folie; één bloem: beter dan een gifrijk boeket.
  • Eigen kleding van natuurlijk of in elk geval afbreekbaar materiaal, of inwikkelen in een eigen dekbed: beter dan een gekochte lijkwade, zelfs al is die van gecertificeerde wol van Nederlandse heideschapen.

Kennis

Eerlijk? Een beetje kennis helpt wel. Dan weet je dat kleding of kistbekleding van Nederlandse wol, linnen of hennep beter is dan van katoen, want katoen komt van ver en er wordt bij de teelt veel gif, en veel water gebruikt.

Ik trakteer nog op een kennisfeitje om een hardnekkige mythe in uitvaartland te ontzenuwen: dat thanatopraxie/balsemen slecht zou zijn voor het milieu. Dat is het niet. Eenmaal in het lichaam vervalt formaldehyde in volstrekt onschuldige stoffen. Natuurlijk moet je wel voorzichtig zijn met de formaldehydehoudende balsemvloeistof, bij het balsemen. Het heeft tot mijn verbijstering jaren geduurd, maar gelukkig wordt thanatopraxie nu dan toch op bijna alle natuurbegraafplaatsen toegestaan.

(Natuur)begraven

En dan zijn we bij natuurbegraven. Volgens LCA-studies een nogal belastende vorm van lijkbezorging. Begraven komt sowieso vaak negatief uit LCA-studies, vanwege het ruimtegebruik en marmeren grafstenen uit Azië. Vervelend is dat positieve functies van begraafplaatsen niet worden meegewogen: erfgoed, sociale binding, biodiversiteit, recreatie, educatie, oases in een stedelijk gebied - niet alléén voor de bijen en de padden,  maar ook als ontmoetingsplekken voor rustzoekers en rouwenden? In LCA’s krijg je voor dat alles geen positieve bonus. En omdat natuurbegraven nog meer ruimte kost dan gewoon begraven scoort het in sommige studies, - maar niet in de nieuwste, ik vermoed dat de natuurbegravers hebben meegepraat - nog veel negatiever.

Toch wil ik afsluiten met een pleidooi voor natuurbegraven. Een student vertelde mij eens ontzettend enthousiast dat ze natuurbegraven ontdekt had. Wat haar met demonstreren tegen nieuwe snelwegen niet gelukt was, ging haar na haar dood wel lukken: voor een paar vierkante meter Nederland garanderen dat daar nooit asfalt zal komen.

Zo kun je het ook bekijken. Met gezond verstand zeg ik, net als compostonderzoeker Adri Veeken dat de lijkbezorgingsmethode die de minste energie kost en waar je de minste gemotoriseerde kilometers voor hoeft te maken, het duurzaamst is. Niet resomeren, of veraarden: begraven. Tenminste: zolang gieren of wolven als natuurlijke verteerders niet zijn toegestaan.

Slow funeral

Mijn pleidooi: kies voor een Slow Funeral: elke verwerking, ook veraarden, kost energie. En waarom die haast? Waarom zou een lichaam dat er tachtig jaar over heeft gedaan om geboren te worden, te leven en te sterven, na een dag of een maand moeten zijn getransformeerd in een of ander poeder? Gun het tijd, laat er nog heel veel organismen van genieten, van bacterien en schimmels tot pissebedden, paardebloemen, rhodondendrons, reeën en konijnen… breng je dode lijf terug in de kringloop van de natuur.


Bekijk hier de terugblik van het symposium De Groene Dood, met een dagverslag, foto's en presentaties van de sprekers.

 


Lees verder